maandag 16 juli 2012

Met een hongerklop de Cauberg op

Hoe dichter ik bij Nederland kom hoe hoger ik de stand van de ruitenwissers moet zetten. Met elke lawaaierig vallende druppel op de voorruit zakt mijn motivatie een beetje. Maar wachten op goed weer is deze zomer als wachten op Godot dus rij ik toch maar door naar Valkenburg om mijn plan uit te voeren: het parcours van de Amstel Gold Race rijden. Ik reed dit jaar al een kleine Ronde Van Vlaanderen en een kleine Luik-Bastenaken-Luik, de hellingen van de enige Nederlandse klassieker verkennen leek me een logische volgende stap. Op de uitstekende website kan je de mogelijke routes (drie lussen) en hellingen bekijken. Je kan je ook registreren voor de tijdsregistratie op enkele hellingen. Achteraf op de site kan je jouw tijd dan vergelijken met andere renners.

Ik parkeer mijn auto voorbij de top van de Cauberg. Het besef dat ik dan eindig met een zware beklimming komt pas later. Ondanks de aanhoudende regen ben ik zo enthousiast dat ik naar beneden suis om mijn tocht te beginnen met een beklimming van deze heuvel van het Nederlandse volk, zoals de Cauberg genoemd wordt. Ik ben niet opgewarmd maar rij toch heel vlot naar boven, onderweg enkele collega's voorbijstekend. Snel sta ik op de top (141 meter) en begin aan ik aan lus drie. Dit is de finale van de Amstel Gold Race, in totaal 79 kilometer. Ik passeer de plek waar op 23 september de finish van het wereldkampioenschap wielrennen zal liggen. Niet op de top van de Cauberg zoals tijdens de Amstel Gold Race maar 1,5 kilometer verder. Ik beeld mij in dat ik ben ontsnapt uit een kopgroep en  naar de wereldtitel rij.

Het enthousiasme ebt snel weg. Het zijn zware kilometers. Er is geen vlakke meter te bespeuren, het gaat constant op en af. Door de natte wegen ben ik heel voorzichtig in het afdalen, mijn remblokjes kloppen overuren. Het klimmen gaat minder en minder vlot, vooral omdat ik blijf weigeren om op het kleinste blad van mijn triple te schakelen. Onderweg fiets ik mijn schoenen en voeten doornat omdat het onmogelijk is om de riviertjes van dalend regenwater te vermijden. En aangekomen op de top van de hellingen verstoppen de mooie panorama's zich achter de regenwolken en de mist.

Dan maak ik een fout. Ik vergeet voldoende te eten en te drinken mede door het afwezige picknickweer. En dan is ie er: de fringale, de hongerklop. Ik geraak niet meer vooruit. Ik prop twee honingkoeken in mijn mond en drink een halve drinkbus leeg maar het is te laat. Ik word langs alle kanten voorbij gestoken. En omdat er weer eens een regenwolk beslist zijn inhoud te lozen beslis ik om rechtstreeks naar Valkenburg te rijden, de Eyserbosweg en de Keutenberg zullen voor een volgende keer zijn. In Valkenburg aangekomen wacht mij uiteraard nog die Cauberg. Ik vervloek mezelf en mijn parkeerbeslissing. Ik leg de ketting op de allerkleinste versnelling, leg mijn handen in het midden van mijn stuur en kijk enkel nog naar mijn voorwiel. In een ooghoek zie ik op mijn fietscomputer dat ik amper 8 km/u haal. De krampen kruipen van mijn benen tot achter mijn oren. Maar ik blijf fietsen en eindelijk bereik ik mijn auto.

Al bij het wegrijden uit Valkenburg weet ik dat ik hier wil terugkomen. Maar alleen als de zon schijnt.


Geen opmerkingen:

Een reactie posten